Achtentwintig

Rock & Vulcan
2 min readApr 3, 2020

Het is vrijdagavond 3 april. Over enkele uren word ik achtentwintig jaar oud. Achtentwintig alweer. Het voelt als gisteren dat ik een tiener was die de wereld — en zichzelf — probeerde te begrijpen. Nu komt dertig opeens dichter en dichterbij. Moet ik alles op orde hebben?

Mijn verjaardag is al een aantal jaar op rij anders dan ik voor ogen had. De laatste keer dat ik hoopvol uitkeek naar mijn verjaardag was in 2017. Dat jaar bracht ik mijn verjaardag door in New York City, omdat ik twee weken in de VS was vanwege een congres. Het idee om 25 te worden in de stad die nooit slaapt, voelde zo magisch aan. De realiteit stelde me ook niet te teleur: om klokslag twaalf uur een biertje drinken in een Amerikaanse kroeg om het leven te vieren.

In de jaren die volgden, kreeg ik steeds minder zin in mijn verjaardag. Zoals ik weleens geschreven heb, werd mijn verjaardag steeds minder een vreugdevolle dag en steeds meer een confrontatie. Een confrontatie van ouder worden. Een confrontatie van de vrienden die mijn verjaardag nauwelijks belangrijk vonden. Een confrontatie van wat ik miste, zoals een relatie. Mijn verjaardag was geen viering meer, slechts iets waar ik tegenop zag.

Ook dit jaar is mijn verjaardag anders dan ik had verwacht. Nu moet ik zeggen, een pandemie is ook iets wat niemand ziet aankomen. Maar ik had dit jaar een ander beeld voor ogen. Dit jaar had ik besloten om een fantastische verjaardag te plannen: met vrienden in de kroeg staan, een glas wijn te veel op hebben en dansen alsof de wereld van mij is. In 2019 leerde ik namelijk een belangrijke les. We zijn de verhalen die we onszelf vertellen. Wat ik mezelf vertel, hoe ik mijn eigen verhaal schrijf, is de waarheid die ik leef. Ik wilde mezelf een ander verhaal vertellen. Ik wilde weer zin hebben in mijn verjaardag.

De realiteit is anders. Ik ga mijn vrienden niet zien op mijn verjaardag. Ik ga mijn familie niet zien op mijn verjaardag. Ik kan niemand knuffelen op mijn verjaardag. Maar dat maakt mijn verhaal niet anders. Ik kan zelf bepalen welke kant mijn verhaal opgaat. Ik kan zelf bepalen dat mijn verjaardag alsnog een fantastische dag wordt. Ik ga een grote schaal met brownies bakken, en deze zelf opeten. Ik ga wandelen met een vriendin — op gepaste afstand — terwijl we stiekem een glas wijn opdrinken. Ik ga met mijn vrienden naar de kroeg wanneer we elkaar weer mogen zien, en ik ga ze stuk voor stuk minutenlang omhelzen. Wat ik mezelf vertel, en wat ik voor mezelf doe, maakt deel uit van mijn verhaal.

Dus op de vooravond van mijn verjaardag dans ik met een glas wijn in m’n hand op Robyn’s Dancing On My Own in mijn woonkamer, alsof de wereld van mij is.

--

--